Vrij
Als hij herinnerd wordt aan zijn eigen woorden, kijkt hij me verrast aan. Had hij dat geschreven? ‘Ik bood mij aan’, noteerde hij in een blog. Ja, zo is het. Hij is nu 78. Voor de vraag hoe uitgeput hij is, is geen tijd. Hij zorgt fulltime voor zijn zieke vrouw. De liefde is nu ontdaan van verwachtingen en voorwaarden en dat is eigenlijk een hele opluchting. We lachen. Hij bood zich aan. Aan God, aan het leven. Uw dienstknecht luistert. Zijn er dan helemaal geen hobbels meer? Dan komt hij met een vers inzicht. Het gaat over vergeving. Hij bleef een grief houden naar een vriend. Iedereen weet hoe je energie dan weglekt. De grappig praktische oplossing die hij in de Talmoed las werkte ook niet. Als iemand je iets aangedaan heeft moet je drie keer langs zijn winkel lopen. Over aanbieden gesproken. Hielp niks. Hij bleef in het niet vergeven gevangen. Tot hij besefte dat hij alleen de nare voorstelling die hij van zijn vriend had van energie voorzag. Dat beeld kon gewoon worden losgelaten. Dit betekent niet dat ze nu hand in hand gaan lopen, maar de afstand tussen de mannen is niet meer met haat gevuld. De maarjij-communicatie is klaar. Het zich herhalende drama in zijn hoofd is daarmee eindelijk afgelopen. Uitgeput is hij niet. Juist niet. Hij biedt zich aan.