Moederziel
Van de zomer mocht ik meedoen aan een voorstelling over een leven zonder eigen kinderen. Op de eerste rijen in de zaal kwamen de kinderloze moeders te zitten. Vaak jonge vrouwen die of twijfelen aan het moederschap, of onvrijwillig kinderloos zijn. Mijn bescheiden aandeel in de rol van gast was improviserend, dus dan weet je van tevoren nooit precies wat er uit je mond komt. Waarom heb ik ook alweer geen eigen kinderen en wel stief- en pleegnageslacht? Grote liefde, oudere man, sterilisatie enzovoort. Sommige zaken van het hart zijn niet goed onder woorden te brengen. Dat ik een overschot aan liefde in me draag, waar ik niet altijd raad mee weet. Dat ik nog steeds iedere baby, peuter, hulpeloze en puppy waarneem. Dat ik een geboren moeder ben. Dat ik toch gelukkig ben. En dan dat ene dat alleen sommige verwonderde wezens begrijpen: laatst zag ik een vrouw op de rug die haar kindje voedde. Ik zat achter dit verrukkelijke tweetal en werd plots overspoeld door medevreugde. Wat een uitzicht op het ontzaglijke wonder van dit leven. Niets is van mij. Niet gebonden krijg je alle ruimte je echt te verbinden. Bovendien heb je voor je innerlijk kind te zorgen, want jouw onbevangenheid is een weldaad voor deze wereld. Ik zag hoe mijn woorden aankwamen bij de jonge vrouwen. Even was ik hun moeder.