Rokjesdag?
Zou ook rokjesdag dit keer niet doorgaan? Die zou je tenslotte ook een evenement kunnen noemen. Een vriend van mij werkt voor het Songfestival. Nu is hij druk in de weer met uitstel en verzekeringen, zegt hij aan de telefoon. Terwijl ik nog gauw een mandarijn wegslik vraag ik ernaar. Zodoende verstaat hij Tongfestival. En dat lijkt me ineens zo verrukkelijk. Met dans en jurkjes, flirten en zoenen. Dat we straks onze bevrijding vieren. Maar zo ver is het nog niet. Ook al is het Pasen geweest. Wie had ooit kunnen denken dat zoenen levensgevaarlijk zou kunnen zijn? Maar de mens is een tactiel wezen, dus misschien is ook huidhonger uiteindelijk dodelijk. Toch ervaar ik momenteel wel degelijk een vorm van sensualiteit. De zon zoent mij, de vogels zingen uitbundiger dan ooit en mijn buurjongetje van twee speelt babbelend in zijn achtertuin. Mijn ziel zingt ervan. Nu de tijd lijkt stil te staan en de razende wereld is verstomd, komt de zachte zinnelijkheid binnen. Misschien is dit wat kloosterlingen ervaren. Alle ruimte en stilte voor eenvoudig leven. En voor inzicht: deze situatie is uniek. Vaak is een crisis een kwestie van wij-zij. Een aanslag, een oorlog. Iemand heeft ons iets gedaan. Nu is er alleen maar wij. We worden gekoesterd door dezelfde zon. De wind streelt onze huid. Ik doe toch maar een rokje aan.