Flinterdun

Deze keer had ik me voorgenomen er bewust bij stil te staan. Te liggen eigenlijk. Volgens oude natuurvolken is de sluier tussen hemel en aarde gedurende twaalf heilige nachten flinterdun. Vanaf kerstnacht tot begin januari. Al eeuwen spreekt men van nachten die buiten de tijd vallen en van een hemel die tijdens die periode open staat. De eerste zes nachten gaan over zuivering. Daarna verschijnt er nieuwe levenskracht. Zulke oude verhalen moeten toch ergens vandaan komen, lag ik de nacht ervoor te mijmeren. Nieuwsgierig zette ik het zolderluikje van m’n hoofdkantoor op een kiertje. Ging toen de hemel open? In de kerstnacht werd mijn zieke broer plotseling met een ambulance gehaald. Er waren nieuwe longen beschikbaar. Zeven uur duurde de operatie. En wij hielden onze adem in. Lang bleef hij onder zeil en wekte hij een angstige indruk. De gedachte dat mijn broer zich nachtenlang verontrust gevangen zou voelen was bijna ondraaglijk. De hemel mocht dan wel open staan, de Bijbelse Job vroeg zich al af waarom we alleen het goede van God zouden ontvangen en niet ook het kwade. De tijd leek stil te staan. Was het de kier van mijn zolderluikje of juist die van het universum? Aanwezigheid was in ons en om hem. En in de tweede week verscheen de levenskracht. Mijn broer herstelt wonderbaarlijk. Ik kijk omhoog. De sluier is flinterdun.

 
   « Artikelen overzicht