Brekebenen

‘Gebroken sperziebonen’ staat op het etiket van het zakje groente dat ik uit m’n mandje haal om af te rekenen. Die twee woorden staren me zomaar aan. Gebroken sperziebonen. Doet me denken aan dichter Rutger Kopland en zijn jonge sla in september. Het werd zijn beroemdste gedicht. Zou de droeve tederheid die ik voel opkomen boven m’n zakje bonen te maken hebben met het vasten? Wordt een mens daar zo weerloos van dat twee gewone woorden hem zomaar kunnen ontroeren? Bij de kassa? Wat een verheugende ervaring. Toen ik besloot mee te doen aan de vastentijd hoopte ik daar stiekem op. Dat onze weerloosheid vrij komt als de mist in ons hoofd is verdwenen. Het besef van gebrokenheid mag nu best binnenkomen. Breken en delen…Jezus deed het ons voor. In deze lijdenstijd is het goed toeven bij het inzicht dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Brekebenen zijn we. Is dat erg? Volgens zanger Leonard Cohen kan het licht juist daar naar binnen waar de boel gebroken is: There is a crack in everything, that’s how the light gets in. Onze kwetsbaarheid levert vaak prachtige poëzie op. En humor: ‘Ik ben niet gebroken, alleen wat verbogen’, zingt Herman van Veen. Het meisje achter de kassa zegt: ’Ah, gebroken sperziebonen, wat zielig.’ Zij ziet ’t ook. Schoonheid, humor en verbondenheid. Mijn vastenbeker vloeit nu al over!

 
   « Artikelen overzicht