Bereid
We zijn niet voorbereid op het onverwachte, mijmerden mijn collega’s en ik onlangs. Zodoende ontgaat ons helaas veel schoonheid. En dan te bedenken dat ik hier vijfentwintig jaar geleden van mijn eerste televisiegast al een tip voor kreeg. Deze vrouw vertelde dat ze altijd ruim op tijd van huis vertrekt, zodat ze alle gelegenheid heeft om medestoepgebruikers niet als hinderlijke obstakels te zien, maar als boeiende medeschepselen. Die gulle gewoonte heeft ze nog steeds. ’Hee Harrie, hoe is het met jou?!’, roept ze vrolijk naar de buurtzwerver, in plaats van haar hoofd ongemakkelijk en gehaast weg te draaien. Om zijn mop van de dag te ontvangen, gaat ze naast Harrie zitten. Tegenwoordig ben ik eindelijk zover om haar raad op te volgen en niet als een verharde zenuwpees van a naar b te blijven hollen. Vandaag wandelde ik kalm langs berm en beemd. Bij thuiskomst vind ik een mailtje van een vrouw die me onderweg herkende van de Verwondering en een kreet onderdrukte. Had ik niet gehoord. Ze schreef dat ik iets in me heb wat steun uitstraalt. Wat aardig om dat te melden. Jammer dat ze dat niet ter plekke durfde. Misschien kunnen we allemaal wel die tip van de vriendin van zwerver Harrie gebruiken. Ik voel een nieuwe heilzame, nationale hobby aankomen: op tijd van huis gaan, bereid en open voor het onverwachte.